|
!! Not Rated Yet !! [Rating:0/5]
Bereiding:
Breng in een pannetje de wijn met de azijn,
peperkorrels en laurier aan de kook.
Kook de wijn zachtjes 5 min.
Smelt ondertussen de boter.
Zeef de wijn boven een kom.
Voeg de dooiers toe en klop alles goed los.
Hang de kom boven een pan met bijna kokend water.
Let erop dat de kom het water niet raakt.
Hang nu eventueel een kookthermometer in de kom.
Laat het mengsel al kloppend dikker worden.
Schenk al kloppend de boter langzaam
in een dun straaltje bij de saus,
blijf kloppen tot de kookthermometer 65 °C
aangeeft of de saus dik genoeg is.
Neem de kom uit het waterbad en zet hem 10
tellen in een laagje met koud water,
zo stopt het kookproces in de pan.
Breng de saus op smaak met peper en zout.
Leg een schoteltje op de saus zodat hij warm blijft.
Breng in een pan 1 ½ liter water met de gewone
azijn en het zout tot tegen de kook aan,
het water mag niet borrelen.
Vet de pollepel in.
Breek een ei in de pollepel en dompel de lepel met
het ei voorzichtig in het water.
Laat het ei na enkele tellen van de pollepel glijden.
Pocheer het ei 5 (voor een halfzachte dooier)
tot 7 min. (voor een harde dooier).
Let er al die tijd op dat het water niet borrelt.
Laat het andere ei op dezelfde
manier in het water glijden.
Haal ondertussen de korsten van de
boterhammen en rooster de boterhammen.
Schep met een schuimspaan de eieren
uit het water, laat ze even op keukenpapier
uitlekken en leg ze elk op een boterham.
Lepel de saus erover.
Print This Post